Productiehuis voor jouw verhalen in de zorg en het onderwijs!

Podcasts - Workshops - Verhalen - Boeken - Educatieve content

De verhalenpoli – online – ‘Ik wil mezelf niet meer zien’

Patricia van Santen de Hoog is kinderpsycholoog en werkzaam als projectcoördinator voor Kids College Apeldoorn, waarbij het er vaak om gaat om mooie leerervaringen voor kinderen te organiseren.

Nu er recent een dubbele kanker is gediagnosticeerd bij Patricia, besloot zij dat het tijd was om ook hierover te schrijven; zij zoekt handvatten om te leven om de kanker heen en hoopt anderen te inspireren om met andere ogen te kijken naar de vanzelfsprekendheid van alles. Uiteindelijk wil Patricia, nadat zij de Triple Negatief BorstKanker heeft overwonnen en de Ziekte van Kahler onder controle is, trouwen met haar Grote Liefde en Promoveren in Levenskunst. Patricia is moeder van vier kinderen (21, 19, 11 en 9 jaar). Lees hier haar elfde blog!

 

 

Aflevering 11: Ik wil mezelf niet meer zien

Het went niet. Mijn beeltenis in de spiegel is niet meer van mij. Een vreemd bleek gezicht zonder haar, wenkbrauwen en wimpers staart mij aan. Zonder make-up doet mijn blote hoofd nog het meeste denken aan een aasgier: zo eentje uit de Donald Duck. Met een paar plukjes op het hoofd. Als ik een kapje opzet en de plukjes eronder uit laat komen, hou ik mezelf en anderen voor de gek met de gedachte dat ik niet kaal ben.

Natuurlijk is het eigenlijk niet belangrijk. Beter worden wil ik. Dan komen die haren ook wel weer. Maar. Het verdriet om wat er niet meer is kan niet altijd worden weg geredeneerd. Net zomin als het gevoel dat het soms wel veel is allemaal en dat het ook lang duurt. Ik ben nog niet eens halverwege in het traject.

Ik knip het licht boven de spiegel uit. Ik wil mezelf niet meer zien. In het donker kruip ik naast mijn lief onder de dekens. Hij had mij vandaag onbedoeld geconfronteerd met zijn opmerking “dat ik zo mooi was”. Dit in reactie op een oude foto waar we op stuitten. Ik WAS ook mooi. Als mensen nu zeggen dat “het kapje mij zo mooi staat” of “mijn gezicht zo mooi uitkomt nu” kijk ik ze glazig aan. Het is goed bedoeld, maar het is natuurlijk niet meer dan een poging om mij een hart onder de riem te steken. Het is geen leuk kapje en ik ben er ook niet mooier op geworden.

Aanvankelijk zag ik er wel een uitdaging in. Als ik als gevolg van de chemo kaal zou worden, zou ik grote sjaals hoog bovenop mijn hoofd binden net als de Surinaamse vrouwen. Stoer beweerde ik dat een kriebelende pruik niets voor mij was en dat ik mijn kaalheid met verve zou uitdragen, mocht ik geen baat hebben bij de cold cap. Ziek is ziek, dat is niet is om te verstoppen tenslotte.

In de praktijk bleek het best lastig om een sjaal op een goede manier om het hoofd te wikkelen. De eerste keer dat ik het probeerde en met een vriendin op een terras zat, gleed de sjaal voortdurend naar beneden. Onbeholpen bleef ik de sjaal vasthouden, waarbij ik mijn hoofd zo min mogelijk draaide. Later kocht ik het mutsje in het ziekenhuis. One-size en eigenlijk te strak, maar zo bleef het tenminste zitten.

Ik begraaf mijn hoofd onder de kussens, maar mijn lief bevrijdt mij uit de benauwende positie en legt zijn hand op mijn voorhoofd.

“En toch ben je nog steeds mooi, ook al wil je het niet horen” begint hij. “Je weet best dat schoonheid van binnen zit”.

Weer zo’n cliché waar ik niets mee kan. Boos wend ik mij van hem af. Doorzichtige leugens zijn het. Maar mijn lief laat het er niet bij zitten en houdt mij stevig vast.

“Ik blijf bij je, wat er ook gebeurt”.

De angst om mezelf te verliezen lost op in het moment, in zijn armen. We zijn samen en delen de onmacht en het verdriet.

Gerelateerde berichten

×